donderdag 6 augustus 2009

Beestenboel deel 2


Watergevecht.
Zoals u aan de foto kunt zien zit de reiger weer op de nok van ons huis. Hij doet alsof er niets gebeurd is en hij slaapt de slaap der zogenaamde rechtvaardigen. U vraagt zich natuurlijk af hoe dit kan. Volgens mijn bedoelingen zou de reiger nu ergens druipend en behoorlijk ontdaan zijn verlies zitten te verwerken. Helaas, niets van dat alles dus. Ik zal het uitleggen.
Vanmorgen, in alle vroegte, kwam ik mijn bed uit. Gapend en nog lang niet uitgeslapen, maar het vooruitzicht om mijn oude specialiteit weer eens te gebruiken, stemde mij vrolijk en welgemoed. Hop, de paden op, de lanen in, vooruit met veel geweld!
Het feit dat ik mijn oude scherpschutters kwaliteiten weer eens zou gebruiken, maakte mij ongeduldig. Ik zou die reiger feilloos van mijn dak af schieten. Jammer dat het zo vroeg was, want daardoor had ik geen publiek. Zelfs mijn bloedeigen vrouw wenste me succes en draaide zich daarna weer om en sliep weer verder; niet wetend dat haar echtgenoot zich een echte man zou tonen in het gevecht tussen mens en roofdier. Ha, alsof dat roofdier ook maar een schijn van kans zou hebben tegen mij!
Goed, beneden in de keuken, op tafel en nog in de verpakking, lag de mega super soaker of hoe dat ding ook mag heten. In de rest van het verhaal noem ik het ding gewoon waterpistool, da’s gemakkelijker. Toen ik hem eindelijk uit de verpakking had, bleek dat hij nog gemonteerd moest worden. Nou ja, snel dan maar, want straks was die reiger wakker al op jacht naar onze vissen. Er zat een uitgebreide montage beschrijving bij met plaatjes en al; alsof ik niet eens een stuk speelgoed in elkaar kon zetten. Twee minuten later had ik het waterpistool klaar. Even het reservoir vullen met water. Er ging toch wel veel water in zo’n ding en toen pompen om de druk op te bouwen. Foei, ik ben wel vijf minuten aan het pompen geweest. Op het laatst ging het erg zwaar, maar ik wilde dan ook een waterdruk hebben die de reiger in één keer van het dak zou blazen!
Nu was het nog belangrijk om de reiger ongemerkt te benaderen. Hij mocht mij dus niet horen. Ook dit is voor mij een peuleschil. Waar zo’n militaire opleiding al niet goed voor is. Ja, ik heb er vaak laatdunkend over gedaan, maar nu kwam mij al deze kennis toch wel goed van pas. Met dun nylon draad omwikkelde ik mijn benen, dan hoor je je lange broek niet als je loopt; daarna mijn bovenlichaam en als toetje nog wat zwarte vegen in mijn gezicht met schoenpoets. Dan herkent zo’n beest je niet als mens in het halfdonker. U ziet, overal is aan gedacht. Alweer had ik een helder moment: ik ging door de voordeur naar buiten, omdat de achterdeur piept. Die moet ik nog steeds smeren, maar ja, het blijft er steeds bij. Eenmaal buiten aangekomen ging ik in de tijgersluipgang langs het huis gebruik makend van de natuurlijke beschuttingen natuurlijk en zo kwam ik op een goed punt achter het huis.
De reiger ontwaakte net. Hij stond op de nok van het huis wat slaperig om zich heen te kijken en het leek alsof hij even smakte en begerig naar de voorste vijver keek.
Heel voorzichtig legde ik aan. Ik keek door het vizier en kreeg de waterige ogen van de reiger precies in het midden. Mijn wijsvinger kromde zich aan de trekker en ik regelde mijn ademhaling; dat is belangrijk als je zuiver wilt schieten. Ik voelde de tegendruk van de trekker en toen kwam het moment, ik schoot!
Nou ja, ik had misschien toch de montage handleiding moeten lezen. De super dunne waterstraal kwam met een enorme kracht uit de achterkant van het geweer, recht in mijn rechteroog. Ik besefte niet eens wat er gebeurde. Schreeuwend viel ik achterover en ik maakte blijkbaar zo’n kabaal dat mijn vrouw en zelfs onze buren in een zucht naast me stonden.
Bij de huisartsenpost bleek gelukkig dat mijn oog niet ernstig beschadigd was. Het zou nog wel een tijd rood en gevoelig zijn en ik moet de eerste dagen zalf erin doen en een oogkapje dragen, maar er is geen blijvende schade. Wel zal ik met de schaamte moeten leren leven; ik heb verloren van een reiger, een reiger die amper wakker was ook nog.
Mijn vrouw vertelde me dat hij nog een kleine tien minuten op het dak had gestaan en toen wegvloog naar de sloot bij de achterburen. Hij keek niet eens naar onze vijvers.

woensdag 5 augustus 2009

Beestenboel.


Beestenboel.

Wij zijn weer terug van twee weken vakantie in de Belgische ardennen, we hebben genoten van twee weken mooi weer in onze tent. De regen die viel, viel ’s nachts, dus dat klinkt gezellig op het tentdoek volgens mijn vrouw. Het zal wel. Ik krijg uitsluitend aandrang om te plassen van dat geluid en dat is lastig in een tent met minimaal comfort, maar dat terzijde.
We zijn dus weer thuis en de beesten wachtten ons al op. De twee aanloopkatten stonden direct bij de achterdeur te schreeuwen om melk. Ik denk dat ze thuis uitsluitend water bij hun brokjes krijgen.
Toen we even later door de tuin liepen en met het emmertje visvoer op de brug gingen staan kwamen alle vissen direct druk boven zwemmen zoals ze gewend zijn te doen als ze eten krijgen.
Da’s toch vreemd; vissen schijnen weinig tot geen hersens te hebben en ze hebben een geheugen van een paar seconden volgens de boeken. Hoe kunnen ze dan na twee weken precies weten op welke tijd en waar ze eten krijgen als wij op die plek gaan staan? De hele dag zwemmen ze overal in de vijver. Sommigen zijn erg actief en anderen houden zich de hele dag schuil in het onderwaterbos van zuurstofplanten, maar rond het avondeten worden ze op de een of andere manier oplettend. Zodra wij dus op de brug gaan staan is het feest. Ze duikelen over elkaar heen in afwachting van de korrels die wij gooien.
Goed, tot zover niets aan de hand. Alle beesten hebben de vakantie blijkbaar overleefd, maar nu hebben we wel een heel vreemde kostganger erbij: een reiger. Jawel. U weet misschien dat ik vaak vogeltjes aantrek. Ik weet ook niet hoe dat komt, maar die beestjes hebben wat met mij schijnbaar. Ik vind dat leuk en kan uren met zo’n klein meesje of een ander vogeltje in de weer zijn. Reigers vind ik ook mooie vogels, maar niet in onze tuin, omdat reigers de onhebbelijke gewoonte hebben om vijvervissen als een delicatesse te zien. Vijverviisen die wij duur gekocht hebben en ook nog goed verzorgen. Dus zodra ik een reiger bij onze tuin zie, of erger nog, zodra er een reiger naast een van onze vijvers staat, verander ik in een jager. Met veel lawaai verjaag ik hem of ik probeer hem te raken met alles wat mij voorhanden komt. Tot nu toe was dat afdoende. Zo nu en dan verdween er wel eens een vis, omdat je nou eenmaal niet altijd toezicht kunt houden, maar met de pasgeboren visjes erbij houdt het zichzelf aardig op peil. Nu is er dus een gekke reiger die heeft besloten om te blijven. Tegen de avond strijkt meneer neer op de nok van ons dak en is er niet meer weg te krijgen.
Op het dak klimmen is geen optie; het is eenvoudig te hoog en te steil en dat heeft die reiger natuurlijk door. Mijn buurman is van de weeromstuit ook al een fanatiek reigerjager geworden. Toen wij thuiskwamen, vertelde hij dat de reiger er al een dag of drie zat. Tegen de avond kwam hij en ’s morgens heel vroeg staat zijn ontbijt al klaar natuurlijk, althans, zwemt zijn ontbijt al voor zijn neus.
Als ik reiger was wist ik het ook wel.
De buurman heeft een stuk of wat aardappels naar de reiger gegooid. Allemaal mis, totdat de buurvrouw er een stokje voor stak anders hadden ze zelf geen aardappels meer op hun bord. Omdat het zo hoog is ziet die vogel die aardappels ook aankomen natuurlijk. Soms doet hij even een stapje opzij of hij bukt even. Verder beweegt hij niet eens en dat is frustrerend voor een goede gooier zoals buurman zegt te zijn. Op de kermis heeft hij wel altijd prijs met blikjes gooien. Enfin, onze buurman heeft het opgegeven. Hij laat de reiger met rust.
Vanavond heb ik het nog even geprobeerd met kleine steentjes. Niet groot genoeg om hem te verwonden, da’s ook weer niet de bedoeling, maar meer om hem te laten schrikken zodat hij een rustiger slaapplek opzoekt in de omgeving. U raadt het al: geen effect. De reiger zit lekker door zijn knieën gezakt op de nok. Hij zit goed in evenwicht en vindt het allemaal wel best ondanks een gooiende en schreeuwende man die ook nog in zijn handen klapt om meer lawaai te maken.
Ik begin die vogel ervan te verdenken dat hij oordopjes gebruikt, net als mijn vrouw. Als zij wil slapen duwt ze van die schuimrubberen dingen in haar oren en vervolgens kun je praten wat je wilt, ze hoort niets meer. Dat heeft zo z’n voordelen, want op dat tijdstip kan ik al mijn frustraties kwijt van de afgelopen dag. Ik zeg het haar ronduit zonder voorzichtig mijn woorden te kiezen. Ik zeg haar precies hoe ik erover denk en hoe ik het in het vervolg wil. Recht voor haar raap. Daarna val ik zeer voldaan in slaap. Ik kan het u aanraden; koop van die dingen voor uw vrouw en u slaapt een stuk beter.
O ja, het ging over onze onverstoorbare reiger. Een zwager van mij gebruikt een supersoaker om ongewenste katten uit zijn tuin te verjagen. Kent u zo’n ding? Zo’n kingsize waterpistool. Je pompt hem op en dan kun je er behoorlijk ver mee schieten.
Goed, ik dus naar de speelgoedwinkel. Die dingen blijk je in alle maten te kunnen kopen! De verkoper zag mij een beetje onzeker bij de supersoakers staan kijken en kwam vragen of hij mij kon helpen. Ja, dat kon. Of het een kadootje was? Ja, nou! Die reiger zal niet weten wat hem overkomt!
Maar goed, zo’n verkoper gaat dat ook niets aan dus ik heb maar gezegd dat het voor mijn kleinzoon was en dat hij flink ver moest kunnen schieten. De euro tekens stonden de man al in de ogen en hij nam me mee naar een rek met mega-super-power-soakers kompleet met vizier en extra groot water magazijn. Dit was wateroorlog voeren op nineau! Met deze waterstraal kon je een erwt op tien meter afstand van een paaltje schieten dus een reiger moest dan ook wel lukken, toch? De verkoper heeft hem keurig ingepakt met een mooie strik erom en daarna nam hij blij mijn euro’s in ontvangst. Hij zal wel op vakantie gaan na deze deal.
Tja, voor dit bedrag had ik de reiger zijn gang kunnen laten gaan: vreet maar op! En daarna gewoon allemaal nieuwe vissen kopen. Dan was ik misschien nog goedkoper uit geweest, maar het is nu een ere zaak geworden. Wie wint er: de stoïcijnse reiger of ik.
We zullen het morgenochtend om een uur of vijf zien. Bij zonsopgang lig ik klaar, verdekt opgesteld natuurlijk, op mijn buik met mijn watergeweer, ha! En dan zien we een doorweekte reiger die nooit weer terug komt of een zeer teleurgestelde verhaaltjesschrijver.