zondag 19 april 2009

Alweer tante Bep


Alweer tante Bep.

Vanmorgen ging de telefoon. Het was de buurvrouw van tante Bep die vertelde dat tante vanmorgen vroeg gevallen was en nu met een ambulance naar het ziekenhuis gebracht werd. Dat was wel even schrikken natuurlijk. Tante Bep is dan wel een zeer taai vrouwtje, maar op haar hoge leeftijd is een val toch gevaarlijk; een gebroken been of heup heb je dan zomaar. Dus ik heb de huiselijke zaken even geregeld en ben daarna naar het ziekenhuis gereden.
Toen ik bij de eerste hulp binnenkwam hoorde ik net een ijselijke kreet uit zo’n behandelkamertje komen. Aan het volume en de hoge toon herkende ik mijn tante. Toen ik de deur opende hoorde ik haar nog net zeggen:” Foei dokter, wat heb jij een kouwe handen”.
Gelukkig praatte ze nog zoals ik van haar gewend was.
Maar ondertussen lag tante Bep wel in de kreukels. Haar ene been stond in een vreemde stand en dat zegt genoeg natuurlijk. Nader onderzoek en foto’s lieten echter zien dat haar heup uit de kom was. Een wonderlijke blessure voor een vrouw van eenentachtig; breken alla, maar uit de kom...
De heren doktoren stonden er ook met hun volle verstand naar te kijken en prezen haar de hemel in vanwege haar ijzersterke botten. Volgens tante Bep was dat een logisch gevolg van dagelijks een rauw kippenei eten met schaal en al. Da’s goed voor de botten zei ze ten overvloede.
Het idee trekt me niet maar als dat betekent dat je op zo’n hoge leeftijd nog de botten van een bootwerker hebt, is er wel wat voor te zeggen.
De dokter vertelde haar dat het inderdaad erg goed voor de botten is, maar erg slecht voor je cholesterol. Daar had tante nog nooit van gehoord, dus ging ze daar ook geen rekening mee houden.
Vroeger had je geen cholesterol, volgens haar, dus had zij dat ook niet. Het was allemaal nieuwerwetse blabla en alleen bedoeld om pilletjes te verkopen. Zo nu en dan een handvol brandnetels uit de tuin halen, potje thee ervan trekken en op de nuchtere maag vijf koppen leegdrinken, dat was voldoende om al die enge ziektes buiten de deur te houden. Zo, daar konden de heren artsen het mee doen. Van haar werden ze niet rijk.
Desalniettemin, die heup moest wel weer terug in de kom gezet worden en we konden allemaal wel bedenken dat dat niet zo simpel was. De dokter zei dat het eigenlijk onder narcose moest gebeuren, maar gezien de leeftijd van het lijdend voorwerp was dat eigenlijk niet verantwoord.
Tante Bep zei: ”Gerard, vertaal dat eens in gewone mensen woorden voor mij. Die dure dokterspraat is niet te volgen”.
Dus ik zei dat de dokter zo’n oud mens liever niet in slaap bracht, omdat de kans dan groot is dat je aan de verkeerde kant van die slaap wakker wordt, kortom, dan kun je het gras van onderen bekijken, ergo, voordat ze daar aan beginnen willen ze weten welke kist u wilt.
Dat was duidelijk en tante Bep verschoot toch even van kleur. Ze fluisterde in mijn oor dat ik even een plat flesje uit haar zak moest pakken; die zak zat aan de binnenkant van haar rok. Toen de dokters en verpleegsters even niet keken, zette tante Bep het flesje aan haar mond en klokte het achter elkaar leeg. Terwijl ze een boertje onderdrukte, zei ze tegen de dokter dat ze besloten had om het zonder verdoving te doen, op haar eigen verantwoording en ze ging er eens goed voor liggen.
De cognac, want dat zat erin, begon zijn werk te doen en met een hoogrode kleur lag tante Bep zacht giegelend te wachten op de onvermijdelijke pijn.
Al het beschikbare personeel kwam helpen met vasthouden, trekken en tegendruk geven en de dokter kreeg met een harde klik de heup weer in de kom.
Toen de bezwete hoofden waren droog gemaakt klonk er een zacht gesnurk door de eerste hulp kamer; tante Bep sliep.
Morgen ga ik weer even bij haar op bezoek. Ik zal een flinke bos brandnetels meenemen zodat ze er thee van kan trekken, want ze zal wel een dijk van een kater hebben.

zaterdag 18 april 2009

Tante Bep


Tante Bep.

Gisteren ben ik weer eens bij tante Bep op visite geweest. Ze was jarig geweest en was 81 jaar geworden. Om de paar weken ga ik even bij haar langs. Ze woont nog helemaal zelfstandig op een klein boerderijtje in een dorp vlakbij het dorp waar ik woon en ze redt zich nog prima.
Tante Bep is een heel klein vrouwtje; ongeveer anderhalve meter hoog en broodmager, maar ontzettend sterk. Het weinige gewicht wat ze draagt bestaat waarschijnlijk grotendeels uit spieren en pezen.
Zoals gewoonlijk liep ik achterom wat normaal is op het platteland. De voordeur wordt alleen gebruikt door vreemden, de rest komt gewoon door de achterdeur het huis binnen. Eenmaal binnengekomen was er niemand te zien, dus ik riep eens “volluk”, maar er kwam geen reactie. Dan moest tante ergens in de tuin zijn, dus ben ik de tuin ingelopen. Achter in de tuin hoorde ik wat gerommel en gesteun. Er zou haar toch niets overkomen zijn? Toen ik voorbij wat grote heesters was gelopen, zag ik wat er aan de hand was; ze was druk bezig een conifeer van een meter of drie uit te graven!
Ik was wel wat gewend van haar, maar deze aanblik deed zelfs mij van kleur verschieten. 81 Jaar, anderhalve meter hoog en dan zo’n knaap van een boom uit de grond willen halen.
“Hee, dag Gerard”,hijgde ze,”ik ben nog even bezig, hoor. Pak maar een stoel, want ik ben zo klaar.”
Nou ja, dat kon ik natuurlijk niet laten gebeuren en ik heb haar maar even meegeholpen.
Eigenlijk viel er niet veel meer te helpen, want ze had de kluit al helemaal losgestoken en was aan het trekken om de conifeer uit het gat te krijgen. Gezamelijk was het nog een heel karwei om de conifeer te verplaatsen en in stilte bewonderde ik het taaie vrouwtje. Als ik niet was langsgekomen had het wel iets langer geduurd, maar ze had de boom ook in haar eentje eruit gekregen.
Toen we terug naar huis liepen, zei ik tegen haar dat normale mensen voor dit soort werk een
minikraan lieten komen en dat het eigenlijk toch wel te gek was dat zo’n oud, aftands wijffie zelf de schop ter hand nam. Zij begrijpt gelukkig mijn vreemde taalgebruik omdat ze zelf hetzelfde
jargon gebruikt en na mijn opmerking begon ze dan ook luidkeels te lachen.
Als zij lacht klinkt dat alsof iemand met zijn nagels over een schoolbord krabt en daarbij spert ze haar tandenloze mond wijd open. Niet zo’n prettig gezicht en je krijgt pijn in je oren, maar toch werkt haar lach erg aanstekelijk.
Even later had tante Bep koffie gezet en zaten we samen te blazen, want zij doet dat nog op de
ouderwetse manier: water koken en in een filter gieten. Het geheel staat op een klein petroleum- stelletje en zodoende krijg je kokend hete koffie voorgeschoteld. Bij de koffie kreeg ik
twee ouderwetse kaakjes. Lekker om in de koffie te dopen en zo zaten we samen
te genieten van zoiets eenvoudigs.
We kletsten wat over dagelijkse zaken en over haar verjaardag, de 81ste en omdat ze nooit getrouwd was geweest, vroeg ik of het geen tijd werd om eens naar een kerel om te kijken. Eentje die bijvoorbeeld voor haar de coniferen kon rooien en die een beetje aanspraak kon geven.
Ze keek me ongelovig aan en zei dat ze nu in blessuretijd leefde en aan haar lijf geen kerel meer
zou willen. En zelfs als ze dat wel zou willen, welke man zou er nou een afgeleefd oud besje willen. Ik zei tegen haar dat ze veel pluspunten had, maar één klein minpuntje en dat was dat ze geen plat hoofd had, want dan kon een man haar altijd nog als bijzettafeltje gebruiken.
Ze trok haar tandeloze mond weer open en begon weer te krassen. Ondertussen zat ik een beetje schrikkerig naar de glas in lood raampjes te kijken, omdat ik bang was dat er barsten in zouden komen.
De gedachte aan een man, een echtgenoot, liet haar nog niet los, want ze begon allerlei nadelen
te verzinnen. Vuile was, op tijd eten koken en elke dag groente eten, overleggen wat je wilde zien op televisie en als klap op de vuurpijl..Studio Sport! Ja, ze wilde natuurlijk niet gestoord
worden tijdens Studio Sport en al helemaal geen commentaar op ajax.
Stel je voor dat zo’n man supporter van een andere club was, of erger, niet van voetbal hield!
En dan moest zij natuurlijk ook nog zijn sokken stoppen en zo en terwijl zij dat dan deed was
zo’n kerel alweer aan het rotzooien met dat ouwe mens van hiernaast!
Nee, een man voor haar was niets gedaan, daar kwam alleen maar ellende van. Zij ging lekker haar eigen gangetje en als ze echt oud en hulpbehoevend werd zou ze wel eens weer zien.
81 Jaar en ze praatte alsof ze een jonge meid was, hoewel ik eigenlijk ook geen man kon bedenken die het bij haar vol zou houden.
Over een paar weken ga ik weer bij haar koffie drinken en dan neem ik een borduurwerkje voor haar mee. Wat zal ze lachen!

vrijdag 10 april 2009

Midlife crisis


Midlife crisis.

Vorige week heb ik een belangrijke beslissing genomen; een beslissing die een beetje een keerpunt in mijn leven betekent.
Een beslissing die ook wel een beetje past bij mijn leeftijd. Als een man tegen het eind van de veertig loopt gaat hij nadenken over wat hij allemaal bereikt heeft en wat hij had willen bereiken. Iets waar je over het algemeen niet vrolijker van wordt. Ik had al allerlei zaken de revue laten passeren totdat ik bij mijn vervoermiddel aankwam.
Al vele jaren heb ik een fiets met werkelijk alles erop en eraan. Er zit een soort vering op om U tegen te zeggen en van tegenwind heb je geen last vanwege de vele versnellingen. Vandaar dat ik er erg zuinig op ben en hem zo min mogelijk gebruik. Hij staat keurig in de garage onder een laagje stof; da’s goed tegen de roest.
Verder heb ik een auto. Vanaf mijn achttiende heb ik ontelbare auto’s gehad en de laatste jaren worden die steeds nieuwer en groter. Een man wil tenslotte ook wel eens gemakkelijk kunnen zitten en zijn benen kunnen strekken achter het stuur. Maar hoe duurder de auto hoe burgerlijker. Veel ruimte, neutrale kleur,metallic lak natuurlijk, want dat glimt zo mooi, lichtmetalen velgen, omdat wieldoppen zo goedkoop lijken. Kortom, als je erover nadenkt, schaam je je diep voor zoveel burgerlijkheid.
En nu ben ik op een leeftijd aangekomen dat ik begin na te denken met als gevolg dat ik op een mooie middag naar een garagebedrijf ben gegaan. Mijn bijna nieuwe stationwagon heb ik eerst nog even door de wasstraat gereden en ik heb een Alfa Romeo cabriolet gekocht. Jawel! Een echte cabrio. Het dak gaat automatisch open en dicht, belachelijk dure spaakvelgen en knalrood.
Ik zag mezelf al rijden met het dak open, de geluidsinstallatie met acht boxen op vol volume en minzaam zwaaiend naar langharige blondines langs de kant van de weg. Toen ik uiteindelijk bij de garage wegreed en even het gaspedaal intrapte zat ik binnen zes seconden al over de honderd. Ik ben gelijk doorgereden naar de opticiën, want mijn bril ligt nu ergens in de berm; die kon niet tegen de wind met die snelheid. Nu heb ik een mooie zonnebril op sterkte die goed klem op mijn hoofd zit, want als je in zo’n auto rijdt draag je natuurlijk een zonnebril.
Toen ik thuis kwam wachtte mij een verassing; mijn vrouw was er niet blij mee en dat is nog zwak uitgedrukt. Hoe moest dat nou als we op vakantie gingen? De tent kon niet eens mee; een dakkoffer kon er ook niet op. Wanneer kun je nou met je dak open rijden in dit kikkerlandje, enzovoort. Haar hele tirade was natuurlijk doorspekt met krachttermen waarvan ”stomme dakloze” nog de netste was.
Na een paar dagen had ik haar toch zover dat ze mee wilde om een eindje te rijden. Aan het eind van de straat leek het of haar haar getoupeerd was. Het zag er werkelijk niet uit en haar gezicht voorspelde dan ook onweer.
Dat onweer hebben we niet gehad, maar wel een zeer plotselinge regenbui en het bleek dat het volledig sluiten van het dak toch even tijd nam. Tijdens het rijden kon dat niet, dus moest ik eerst zoeken naar een parkeerplaats die niet overal te vinden zijn langs de autoweg.
Tegen de tijd dat we op er één gevonden hadden en het dak langzaam dicht ging, waren wij al doorweekt en wij niet alleen; de stoelen met de mooie stoffen bekleding zogen zich helemaal vol met water en er stond een paar centimeter water op de vloer. Al soppend zijn we terug naar huis gereden en de cabrio staat nu in de garage te drogen. Tegen de tijd dat de stoelen helemaal droog zijn, is hopelijk ook het vocht achter het glas van alle metertjes weer weg. Ze zijn nu beslagen aan de binnenkant.
Al met al is zo’n midlife crisis best wel lastig en op deze manier ook wel kostbaar. Ik zit nu met een knalrode, doorweekte auto in de garage en toen ik de garage belde om de koop weer terug te draaien kon dat alleen tegen bijbetaling van een paar duizend euro, omdat hij nu tweedehands was....
Zijn er onder mijn lezers ook ervaringsdeskundigen die mij kunnen vertellen hoe lang zo’n midlife crisis duurt? Want als dit nog lang gaat duren moet ik gaan rondkijken naar een tweede hypotheek.
Ik heb namelijk een heel mooie speedboot gezien. Roomwit met rode sierstrepen, rundlederen stoelen en met een motor van een paar honderd pk. Dan kan ik ook nog waterskieën!